De blinde vlek van toezichthouders

Van toezichthouders, zoals markttoezichthouders en inspecties, wordt verwacht dat zij onafhankelijk en objectief besluiten nemen. Dit roept de vraag op of toezichthouders ook daadwerkelijk in staat zijn om onbevooroordeeld besluiten te nemen. Met haar proefschrift 'Denkfouten in toezicht' geeft Tessa Coffeng, vanuit een sociaal psychologisch perspectief, meer inzicht in de besluitvorming van toezichthouders op individueel en groepsniveau.

foto van Tessa Coffeng

Denkfouten in toezicht

Toezichthouders lijken een blinde vlek te vertonen voor hun eigen denkfouten. Uit het onderzoek van Tessa Coffeng bleek dat toezichthouders inschatten dat denkfouten meer bij anderen voorkomen dan bij henzelf, en dat zelfwaargenomen objectiviteit deze blinde vlek kan vergroten.

Ook bleek dat toezichthouders die waakzamer zijn, in mindere mate een blinde vlek hebben voor hun eigen denkfouten. Een bredere implicatie hiervan is dat toezichthouders er mogelijk goed aan doen om elkaars aannames kritisch te bevragen, om de blinde vlek voor eigen denkfouten – en de negatieve consequenties hiervan voor besluitvorming – zo veel mogelijk te beperken.

Tessa Coffengs proefschrift 'Denkfouten in toezicht' is te vinden op de website van Utrecht University

nog 3 dagen

Toezichtfestival

Ook de Inspectieraad vindt het belangrijk om bewustwording over deze blinde vlekken te vergroten. Dat doen we onder andere tijdens het Toezichtfestival 2022: Roze brillen en blinde vlekken.

Aanstaande donderdag praten we met elkaar over hoe zaken als de kindertoeslagenaffaire het vertrouwen in politiek en overheid hebben geschaad. De uitdaging is om dat vertrouwen terug te winnen. Toezicht kan daar vanwege zijn rol en positie op een bijzondere manier aan bijdragen. Bijvoorbeeld door veel transparanter te werken en het belang van burgers altijd goed in het oog te houden.

Verder spreken we over welke kansen en risico's er liggen voor toezicht. Denk aan innovatieve technieken en de verdere ontwikkeling van het vak, maar ook meer en beter contact met de samenleving en de positie van toezicht in de ogen van de politiek verbeteren.